Op weg naar morgen
Coen Simon is een jonge filosoof (1972) met al een behoorlijke staat van dienst. Zijn meest recente boek draagt als titel: ‘En toen wisten we alles’. Hoofdmotief van het boek is de vraag: ‘Waarom zijn wij bang voor het ongewisse?’ Deze vraag intrigeert mij. In menig discussie waarin ik uitte strakke planning als een keurslijf te ervaren, werd mij te kennen gegeven dat zomaar wat doen, geen optie is. Dat is waar, maar het raakt de kern van het probleem niet. Die kern is namelijk niet dat je geen plannen moet maken, maar dat het resultaat onzeker is. Wat mij steeds meer tegen begon te staan in mijn werk was niet ‘goed nadenken over wat je gaat doen’, maar de eis dat dat tot een van tevoren bepaald doel moest leiden. Onderwijsinput heeft in mijn optiek een open einde. Onderwijsresultaat is onvoorspelbaar omdat mensen onvoorspelbaar zijn. En deze jonge filosoof verwoordt mijn onderbuikgevoelens die vanaf begin jaren tachtig van de vorige eeuw bij mij post vatten op een geweldige manier.
Hoofdvraag is dus ‘Vanwaar onze angst voor het ongewisse?’ De mens zou zich volgens Simon bewust moeten worden van zijn tekortkomingen. Dit staat haaks op het moderne levensgevoel dat je je tekortkomingen moet ontkennen. Ik denk dat hij bedoelt dat je je moet realiseren dat tekortkomingen onlosmakelijk met het leven verbonden zijn en dat dat botst met ons streven naar perfectie, onfeilbaarheid en controle. Het boek heeft als ondertitel: ‘Een pleidooi voor oppervlakkigheid’. Oppervlakkigheid dan niet negatief begrepen als onverschilligheid , maar als een oefening in geduld, kijken en handelen. Zijn invulling van het begrip ‘oppervlakkigheid’ doet mij denken aan ‘chaos’ begrepen als ‘onvoorspelbaarheid’. Op het moment dat je een beslissing moet nemen of een keuze moet maken, is het effect daarvan een sprong in het duister. De gevolgen zijn onbekend. Het is een utopie te denken dat wij van tevoren kunnen bepalen wat de uitkomsten van ons handelen zullen zijn.
De angst voor het ongewisse, zo stelt Coen Simon, komt voort uit onze ervaring met de huidige samenleving. Wij weten ons omringd met technische producten waar wij volkomen van afhankelijk zijn. Hun werking is ons gegarandeerd door de producenten en waar die werking haperingen vertoont heeft de consument een reden tot beklag en genoegdoening. Consumentenorganisaties vertegenwoordigen de belangen van de klant en producenten doen er alles aan om af- en omzet veilig te stellen. Een product aanschaffen op goed geluk, als het werkt is dat meegenomen, is niet optioneel. Onzekerheid is ongewenst! De moderne mens heeft verwachtingen en die moeten gerealiseerd worden, hij stelt eisen en die moeten gehonoreerd worden. En zo moet alles meetbaar worden, op afroep leverbaar en voldoen aan onze eisen.
Dat geldt voor koelkasten, computers, fietsen, gezondheidszorg, recht, veiligheid en onderwijs. Alles moet voldoen aan de eisen die de consument er aan stelt. Geen groter frustratie dan een product dat niet aan het doel beantwoordt.
De koelkast die niet koelt, de computer die vast loopt, de auto die niet start, het diner dat niet smaakt, de deur die klemt, de klok die stilstaat, de voorspelde zomerdag die verregent, de schoenen die knellen, de dakgoot die lekt, de vulling die uit je kies valt, het droomhotel dat een nachtmerrie blijkt,het kind dat E scoort op de CITO-toets,het zijn evenzovele ergernissen. Wij zijn zo geprogrammeerd dat dingen doen waartoe ze gemaakt zijn en als dat niet het geval is, dan brengt ons dat uit ons evenwicht.
Dat geldt voor koelkasten, computers, fietsen, gezondheidszorg, recht, veiligheid en onderwijs. Alles moet voldoen aan de eisen die de consument er aan stelt. Geen groter frustratie dan een product dat niet aan het doel beantwoordt.
De koelkast die niet koelt, de computer die vast loopt, de auto die niet start, het diner dat niet smaakt, de deur die klemt, de klok die stilstaat, de voorspelde zomerdag die verregent, de schoenen die knellen, de dakgoot die lekt, de vulling die uit je kies valt, het droomhotel dat een nachtmerrie blijkt,het kind dat E scoort op de CITO-toets,het zijn evenzovele ergernissen. Wij zijn zo geprogrammeerd dat dingen doen waartoe ze gemaakt zijn en als dat niet het geval is, dan brengt ons dat uit ons evenwicht.
Ouders van kinderen, onderwijsmanagers, beleidsmakers en bewindslieden verwachten niet anders van het onderwijs. Het beleid moet dát opleveren wat het pretendeert op te zullen gaan leveren. Maar ouders voeren geen ‘opvoedingsbeleid’ uit. Zij leven het dagelijks leven. Het leven zelf sluit uit dat het zich laat reguleren in planmatig beleid. Je kan hoogstens vanuit het ‘nu’ de weg terug traceren. Je kan analyseren hoe je hier gekomen bent, maar niet voorspellen waar je heen gaat. Het mooiste van het onderwijs vond ik dat het resultaat in de toekomst verstopt werd. Dus de angst voor het ongewisse kan zo omgezet worden in nieuwsgierigheid naar het ongewisse.
P. S.
Op de reis van het verleden naar de toekomst is maar één tussenstop: het heden.
Op de reis van het verleden naar de toekomst is maar één tussenstop: het heden.

Reacties
Een reactie posten